De meeste koekenbakkers roepen dat hun appeltaart lekkerder is dan alle andere, ik heb me al lang geleden voorgenomen om daar niet aan mee te doen. Maar stiekem ben ik natuurlijk wel op zoek naar een mega-lekker recept. En toen ik eindelijk dacht dat ik iets heerlijks had ontwikkeld, kwam mijn jongste zoon met de mededeling dat hij zijn vegetarische levensstijl een tandje hoger had gezet en veganist was geworden. Dag roomboter!
En natuurlijk ga ik geen taarten maken met margarine. Mijn zoon mag dan een ver familielid zijn van Anton Jurgens, de Osse uitvinder van de kunstboter (margarine), maar dat betekent nog niet dat ik ons bloot wil stellen aan de plastic toei die tegenwoordig als "gezonde" margarine verkocht wordt. Ik kook puur natuur en daarin is geen plaats voor geraffineerde producten.
Maar wat dan? Een tijdje geleden besloot ik biologische kokosolie te gebruiken. Het heet olie, maar het is keihard vet. Zó hard zelfs, dat je het moeilijk door het deeg kneed, zonder harde brokjes achter te laten. Het kneden kostte dus wat extra werk, maar dat was het wel waard, want lekker dat die taart was! De rand was precies zoals appeltaart in mijn beleving moet zijn: bros, romig en vooral heerlijk van smaak. Maar hij was wel vet. In de mond liet het een heel dun vetlaagje achter en op de handen (want wie eet appeltaart nou met een vorkje?) en het bordje was het vet duidelijk zichtbaar. Het was dus iets teveel van het goede, maar hoe los ik dat op?
Mmmjammie
Eten is lekker, maar koken is nog veel lekkerder. Goed koken is een gevorderde versie van toveren, hoe kun je anders uit wat simpele, losse ingrediënten zoiets moois creëren dat niet alleen de smaak, maar alle zintuigen prikkelt?
Je hoeft hier niet te zoeken naar bijzondere recepten, die staan er namelijk al genoeg op internet. Ik gebruik zelf ook gegoogelde recepten die ik desgewenst aanpas aan mijn eigen smaak en mogelijkheden.
Op dit blog vind je wel recensies, praktische tips, anekdotes en ja, misschien ooit nog wel een recept. Maar dat is dan een recept dat ik echt zelf heb gemaakt, óf een bestaand recept dat ik op z'n minst flink heb verhaspeld.
woensdag 4 maart 2015
zondag 1 maart 2015
Surinaams met een vleugje Schaijks
"Weet je hoe je een ui snippert?" Wat een vraag, ik kook al meer dan veertig jaar! Natuurlijk weet ik dat.
Kees van den Brenk wacht het antwoord niet af. Hij halveert een ui, haalt zowel de schil als het puntje eraf en laat het stronkje zitten. Huh?
"Kijk, zo", zegt Kees, en hij snijdt heel dunne plakjes, haaks op het stronkje. Het mes reikt net niet ver genoeg, Kees laat alle plakjes op dat uiteinde vastzitten. Dan draait hij de ui een kwartslag en snijdt er vervolgens dunne schijfjes van, die in ragfijne snippers op de snijplank uiteenvallen. Pas als alles gesneden is, gooit Kees het overgebleven stronkje bij de uienschillen in de groenbak. "Als je ze vast laat zitten, blijven alle plakjes bij elkaar en kun je ze veel gemakkelijker en veel dunner snijden", concludeert hij.
Zo. Ik ben nog geen vijf minuten bezig met de workshop Surinaams koken en ik heb al iets geleerd.
Kees van den Brenk wacht het antwoord niet af. Hij halveert een ui, haalt zowel de schil als het puntje eraf en laat het stronkje zitten. Huh?
"Kijk, zo", zegt Kees, en hij snijdt heel dunne plakjes, haaks op het stronkje. Het mes reikt net niet ver genoeg, Kees laat alle plakjes op dat uiteinde vastzitten. Dan draait hij de ui een kwartslag en snijdt er vervolgens dunne schijfjes van, die in ragfijne snippers op de snijplank uiteenvallen. Pas als alles gesneden is, gooit Kees het overgebleven stronkje bij de uienschillen in de groenbak. "Als je ze vast laat zitten, blijven alle plakjes bij elkaar en kun je ze veel gemakkelijker en veel dunner snijden", concludeert hij.
Zo. Ik ben nog geen vijf minuten bezig met de workshop Surinaams koken en ik heb al iets geleerd.
donderdag 19 februari 2015
De kookboer
“Breek de week aan de aanschuiftafel bij De Broksteeg”
schreef Dinie van den Brenk pasgeleden op haar facebookpagina. Ik zag die
boodschap voor het eerst, Dinie en ik waren nog maar net Facebookvrienden
geworden. We kennen elkaar nog uit de tijd dat ik voor het Brabants Dagblad
schreef en Dinie en haar man Kees de scepter zwaaiden bij restaurant De Peppelen
en eetcafé De Notaris in het Noord-Brabantse Schaijk. Das war einmal… maar de herinnering aan de culinaire kunsten en de
gezelligheid is voldoende om me over de streep te trekken: ik geef me op om op
woensdagavond samen met zoon Wessel aan te schuiven bij de familie Van den
Brenk. Het menu vermeldt: “Salade van winterpostelein en rucola. Witlof met
appel. Gewokte aardpeer met curry. Op de huid gebakken witvis met
peterseliesaus of voor de vega's een stuk notentaart.” Wij melden bij de
reservering dat we voor de notentaart gaan, zoonlief eet geen dieren en ik vind
de taart een stuk spannender klinken dan de vis. Hoewel…, Kees kennende is het
nooit gewoon zomaar een stukje vis.
Nieuw leven
Het wordt tijd om dit blog nieuw leven in te blazen. Of liever gezegd: om het nu echt tot leven te wekken, want dat beginnetje van een jaar geleden is maar een zorgwekkend zieltogend halfwas weblogje. Maar ja...., een drukke baan en al twee andere weblogs bijhouden, dat kost allemaal veel tijd. Dan ben ik al heel blij als ik aan lekker en uitgebreid koken toe kom, of als ik eens ergens iets heel lekkers of heel bijzonders eet. Vaak ontbreekt me dan de tijd of de zin om er dan ook nog over te bloggen.
Maar dat gaat nu veranderen. Een nieuwe lente, een nieuw blogleven. Dit jaar ga ik meer aandacht besteden aan koken en eten en alles wat daarmee te maken heeft. Laat het culinaire voorjaar maar komen, ik ben er klaar voor.
Maar dat gaat nu veranderen. Een nieuwe lente, een nieuw blogleven. Dit jaar ga ik meer aandacht besteden aan koken en eten en alles wat daarmee te maken heeft. Laat het culinaire voorjaar maar komen, ik ben er klaar voor.
zaterdag 18 januari 2014
Mulligatawny: beetje van mezelf en een beetje van Lekker Tafelen
Mij overkwam dat bij dit mulligatawnyrecept van Lekker Tafelen. Mulliwat…?
Ja, mulligatawnyrecept. Volg de link en je krijgt meteen de uitleg hoe die soep
aan deze vreemde naam komt.
Maar hoe gaat dat meestal met online recepten? Ik lees ze, geef ze een bladwijzer of merk ze op een andere manier, sla ze vervolgens maar half op in mijn geheugen en denk er pas weer aan als ik in de winkel sta.
Mijn mobiele telefoon lag thuis en ik had geen andere mogelijkheid om het recept op te
zoeken, dus ging ik maar af op dat kleine beetje dat ik onthouden had en op mijn
gezond verstand, daarmee puzzelde ik een nieuw recept in elkaar.
zaterdag 4 januari 2014
Nepvlees dat net vlees is
De Vegetarische Slager - Kipstukjes en Gehacktbal
Wat: net-echte vleesvervangers
Van wie: De Vegetarische Slager
Waarom: omdat iedereen het erover heeft en omdat je het nu gratis bij Jumbo krijgt
(Oorspronkelijk verscheen deze recensie op mijn andere blog, Geschreven Goed, op 28 april 2013. Hij verhuisde naar hier omdat hij hier beter past.)
Bij de start van dit blog beloofde ik al om méér te recenseren dan alleen boeken, maar in de praktijk viel dat vies tegen. Teveel werk en andere verplichtingen maken dat ik eigenlijk alleen de op voorhand toegezegde recensies en boekenblogs schrijf. Maar nu heb ik toch iets anders gevonden dat de moeite van een recensie waard is: vleesch van de vegetarische slager!
Abonneren op:
Posts (Atom)